In mei bedroeg de gemiddelde hypotheekrente voor een lening op twintig jaar 2,5%. En dat is bijna dubbel zoveel als begin dit jaar. Nu het leven door de torenhoge inflatie een stuk duurder is geworden, twijfelen steeds meer mensen of ze überhaupt wel nog een klassieke kredietlening kunnen afsluiten. Misschien is de tijd wel rijp voor flexibelere kredietformules?

Sinds begin dit jaar zien we een aanzienlijke stijging van de hypotheekrente.

Wie in januari een lening op twintig jaar vast afsloot en twintig procent van de aankoopsom zelf op tafel kon leggen, betaalde een gemiddelde interestvoet van 1,40%.

In mei bedroeg de gemiddelde rentevoet voor dezelfde lening al 2,5%.

Het gevolg is dat wie nu een lening afsluit meer interesten zal moeten betalen en dus maandelijks een hoger bedrag zal moeten aflossen dan wie dat begin januari deed.

Hoewel de tarieven op enkele maanden tijd dus bijna verdubbeld zijn, blijven ze wel nog altijd historisch laag. Maar de absolute bodemtarieven zoals we die de voorbije vijf jaar gekend hebben, lijken nu wel definitief verleden tijd.

 

Ook andere kosten hoger door inflatie

 

De inflatie beïnvloedt niet alleen de rentevoeten en dus ook de maandelijkse aflossingen, maar heeft ook impact op andere kosten die bij de aankoop en het onderhoud van vastgoed horen.

Enkele voorbeelden:

  • Belastingen: onroerende voorheffing en gemeentebelasting
  • Verzekeringen: brandverzekering en schuldsaldoverzekering
  • Energiekosten: gas, elektriciteit, stookolie
  • Grondstoffen voor renovatie en bouw
  • Terugkerende onderhoudskosten en/of kosten van mede-eigendom

Een hypotheek is vaak de belangrijkste financiële verbintenis in een mensenleven. Zeker nu de inflatie hoogtij viert, is het absoluut noodzakelijk om het juiste evenwicht te vinden tussen die stijgende kosten en het gezinsinkomen.

 

Vaste of variabele rentevoet?

Door de extreem lage rentevoeten van de afgelopen vijf jaar kozen ontleners bijna blindelings voor een hypotheeklening met vaste rentevoet. Maar vandaag gaan steeds meer mensen weer nadenken over een variabele rentevoet.

Bij een variabele rentevoet begin je namelijk altijd met een lage startrente en bij de herziening mag het nieuwe tarief niet meer dan het dubbele van het aanvankelijke tarief bedragen.

Lenen tegen een variabele rentevoet wordt pas interessant als de startrente voldoende verschilt van de vaste rentevoet. Op dit moment ligt de gemiddelde startrente rond 2,4%, bijna gelijk dus aan het vaste tarief van 2,5%.

Nog een mogelijkheid is de accordeonlening, een variabele formule waarbij niet de maandelijkse aflossing maar wel de looptijd van de lening kan veranderen. Je begint met het gunstige tarief van een variabele rente en lost tot het einde van je lening elke maand hetzelfde bedrag af. Stijgt de rente, dan wordt de looptijd van de lening verlengd. Als de rente daalt, dan gebeurt het omgekeerde.

 

Alternatieven voor de klassieke hypotheeklening

Het is niet omdat de meeste mensen vandaag nog steeds een klassieke hypotheeklening - met vaste of variabele rentevoet - afsluiten, dat er geen interessante alternatieven op de markt zijn.

Enkele voorbeelden hiervan zijn:

  • De lineaire afschrijving op maat (met evoluerende maandelijkse lasten)
  • Een gemengde lening of panachage, waarbij je maandelijkse afbetalingen combineert met een kleine component op vaste termijn
  • De heropbouw van kapitaal via fiscaal aftrekbaren spaarplannen

Benieuwd of er ook voor jou een interessant alternatief bestaat?

Stel ons al uw vragen, wij helpen u graag verder